Een artikel uit VA-Magazine

De Duitse tv-komiek Hape Kerkeling als bedevaartganger

De lange
weg
naar
Compostela

Copyright: H. Smeele

En dan te bedenken dat hij ook gezellig thuis op zijn rode lievelingsbank had kunnen liggen, met een kop warme chocolademelk en een stuk kwarktaart onder handbereik. Tot verbijstering van al zijn vrienden kondigt de Duitse tv-presentator-komiek Hape Kerkeling aan naar Santiago de Compostela te gaan lopen. En dat voor een uitgesproken bankzitter als hij, die de lol van het lopen nooit in heeft gezien. In zijn eigen woorden: “Als ik alleen al aan de voettocht dacht, had ik al zin om veertien dagen uit te rusten.” In Düsseldorf een gesprek met Kerkeling over zijn ontberingen, invallen, angsten en inzichten, en zijn boek, waar inmiddels miljoenen exemplaren van verkocht zijn.

Nee, hij is niet op zoek naar ruimhartige vergeving van alle zonden, zoals de kerk bedevaartgangers naar Santiago in het vooruitzicht stelt. Wat hij wel komt doen, is hem eigenlijk ook niet helemaal duidelijk. In een flinterdun reisgidsje stond geschreven dat mensen naar Sint Jacobus gaan als ze letterlijk en figuurlijk geen uitweg meer zien. Dat leek in Kerkelings geval toch wat overdreven. Wel achtte hij de tijd gekomen om wat zaken op een rijtje te zetten.

Jarenlang had de Duitse entertainer, cabaretier en tv-presentator alle signalen van zijn lichaam weten te negeren. Maandenlang niet luisteren naar je inwendige ik, die de hele tijd wanhopig ‘RUST!’ gilt, maar niet wordt gehoord omdat je gedisciplineerd meent door te moeten werken, ja dat wreekt zich op een bepaald moment. Een oorinfectie en een operatie dwongen hem uiteindelijk naar de kant. Op de afdeling reisgidsen van een boekhandel krijgt hij een boek in handen met de titel: De Vreugde van de Jacobsweg. De eerste aanzet tot de 800 kilometer lange pelgrimstocht. “Het gekste wat ik tot nu toe in mijn leven heb gedaan.”

Ja, wat neemt iemand mee die weken of zelfs maanden onderweg is met een rugzak op zijn rug? Na een paar dagen lopen concludeert Hape Kerkeling dat hij met een derde van zijn meegenomen bagage had kunnen volstaan. “Waarom heb ik me toch dit isomatje laten aansmeren? Ik slaap toch niet buiten en het weegt bijna een kilo. Morgen geef ik het weg.” Wat echt nodig is? “Water, een paar sinaasappels, bananen, wat brood, wc-papier en – heel belangrijk – een stok. Je kleding, afgezien van je ondergoed, kun je om de dag wassen.”

De dame achter het loket van de Franse spoorwegen in Bordeaux had nog nooit van zijn bestemming, Saint-Jean-Pied-de-Port, gehoord. “Monsieur, deze plaats bestaat niet in Frankrijk. Gelooft u mij nou maar.” Maar ook deze hindernis wordt overwonnen. En nu is hij gearriveerd, in dit volgens de Franse spoorwegen niet-bestaande, middeleeuwse plaatsje aan de voet van de Franse Pyreneeën, het beginpunt van de Camino de Santiago, de beroemdste aller wegen naar Santiago de Compostela.

Kerkeling zit aan een wiebelend cafétafeltje moed te verzamelen voor de eerste etappe, morgen, over de Pyreneeën. Wellicht geen gek idee, denkt hij, alvast een kijkje te gaan nemen bij het officiële startpunt van de route, net buiten de stadspoort van Saint-Jean-Pied-de-Port. Waar hij verbijsterd toekijkt hoe een zeventig jaar oude heer, erg slecht ter been, maar heel vastberaden, de steile klim inzet over hobbelige keien. “Vijf minuten lang staar ik hem ongelovig na tot zijn silhouet is verdwenen in de ochtendnevel.”

De volgende ochtend is voor Kerkeling het grote moment aangebroken. De regen valt met bakken uit de hemel. Drie uur lang zwoegt Kerkeling zich in dichte mist bergopwaarts. Zijn rugzak is zwaar, veel te zwaar eigenlijk. Na urenlang bergopwaarts lopen, kan hij niet meer. “In de stromende regen ga ik aan de kant van de weg op een steen zitten. Ik grijp een tweede mueslireep en rook een kleddernatte sigaret. De regen stoort me niet meer, alles is sowieso al drijfnat, ook de spulletjes in mijn gegarandeerd waterdichte rugzak. Daar zit ik dan: rokend op een steen en ik lach. Ik weet niet hoe lang: een kwartier misschien?”

Dan doemt vanuit de mist een kleine, blauwe bestelauto op. Schapen in de laadbak. “Ik dwing het autootje tot stilstand door vervaarlijk met mijn wandelstok te zwaaien.” Het portier gaat open. Waar hij in dit hondenweer naartoe wil. “Naar boven,” zegt Kerkeling, want het Franse woord voor bergtop wil hem even niet te binnen schieten. Tweeënhalve zigzaggende kilometers verderop stapt Kerkeling al weer uit in een onwaarschijnlijk dichte mist, met een gevoelstemperatuur van even onder nul. In de uren daarna valt er meer en egen uit de hemel. “Ik kom uiteindelijk zo langzaam vooruit dat ik binnen het halfuur door meer dan tien pelgrims word ingehaald. Waar komen die opeens allemaal vandaan? Ik heb al uren niemand meer gezien en nu halen ze me allemaal kleddernat en zwijgend in.”

De afdaling op het modder- en kiezelstenen pad is zo stijl dat zijn linkerknie begint te kloppen en te steken. “Ik kan er niets aan doen, het kan me niet schelen dat iemand me in deze godverlaten wildernis hoort kermen.” Als Kerkeling later twee Duitse oma’s inhaalt, blijken deze kermend hun knieën vast te houden. Maar ook Kerkeling zelf kan zijn linkerknie nauwelijks nog buigen. “En zie, net voor ik wil beginnen te huilen, kom ik uit het bos op een open plek en zie ik de kloostermuren van Roncesvalles. Het is een wonder. Ik voel me net een melaatse uit de middeleeuwen die van een barmhartig mens een stukje brood krijgt. Ik heb het gered. Zesentwintig kilometer te voet over de Pyreneeën. Afgezien van het kleine ritje met de schapenboer dan.”

Wat is dat toch met humor? Die loodzware eerste dag van uw route is komisch om te lezen. Maar in werkelijkheid zal het onderweg allesbehalve komisch zijn geweest.

“Het was inderdaad zo ongelooflijk zwaar, die eerste dag. Maar zonder humor had ik het niet gered. Op zeker moment is het alsof je naar jezelf zit te kijken. Een man met overgewicht die een poging doet de Pyreneeën over te lopen – zonder training, zonder enige voorbereiding. De absurditeit van die situatie stond me ineens helder voor ogen. Op dergelijke moeilijke momenten op mijn tocht was humor het enige dat hielp. Lachen om jezelf.”

Een paar dagen daarna, in een pelgrimsherberg, lag u in een bed pal naast de deur van het enige toilet, waar om de vijf minuten iemand naar toe leek te moeten, met een wc-spoeling die permanent bleef lopen. “Mijn hele lichaam jeukt, ik ben ergens door gebeten.”Middenin de nacht besluit u om te vertrekken. Via een wirwar van kloostergangen slaagt u er weliswaar in buiten te komen, maar dan blijkt u zichzelf opgesloten te hebben tussen binnen- en buitenpoort.

“Ja, we lachen altijd om andere mensen. Maar als we zelf in zo’n situatie terechtkomen, is het ineens niet zo leuk meer. En toch is het niet onmogelijk. Op het moment dat je je bewust wordt van de humor van een situatie, verandert er iets. De humor neemt iets van de zwaarte weg. Sterker nog: als je je beter wilt gaan voelen, dan lukt het eenvoudig niet zonder humor.
“Op zo’n hondsvermoeiende tocht moet je lachen om verder te kunnen. De lach houdt je op de been. In mijn leven heb ik het altijd belangrijk gevonden de humor van dingen te kunnen zien. Het lukt misschien niet altijd, maar het is de moeite van het proberen waard.
“En heel belangrijk: het is mijn eigen keuze geweest. Dat is cruciaal. Ik heb er zelf voor gekozen. Niemand heeft me in die situatie gemanoeuvreerd; niemand heeft me gedwongen om te lijden. Het is mijn eigen beslissing geweest, en die eigen keuze maakt ook de weg vrij om over die keuzes te kunnen lachen. Humor helpt je blikveld verbreden. Je staat even niet meer in je eigen centrum. Je kijkt naar jezelf zoals een ander mens naar je kijkt.”

Waar ligt nu eigenlijk het geheim van deze tocht?

Citaat: “Natuurlijk zijn we allemaal bang voor de aankomst in Santiago. Als we het doel hebben bereikt, is het gewoon voorbij. Het wezenlijke van een pelgrimage is nu eenmaal de weg die af te leggen is.”

“Wat de Camino naar Santiago voor mij persoonlijk bijzonder maakt, is dat hier vele honderden, misschien wel duizenden jaren lang mensen hebben gelopen, allemaal met hun eigen wensen, gevoelens en vertwijfeling, hun gebeden; mensen met ongeveer hetzelfde doel, dezelfde rare ideeën. Iedereen op deze weg lijkt op zoek. Zoveel wandelaars hier hebben een spiritueel motief.”

Aan het lopen zelf heeft u, geloof ik, weinig plezier beleefd...

“Het lopen heb ik zelfs geen moment leuk gevonden. Maar lijden en vreugde hoeven elkaar vreemd genoeg niet uit te sluiten. De combinatie blijkt wel degelijk mogelijk. Ergens in mijn dagboek schreef ik dat het in het leven gaat om geluk. Maar het woord ‘geluk’ had ik door ‘vreugde’ moeten vervangen. Geluk en vreugde zijn heel verschillende dingen.”

“Hoe langer ik op de Jacobsweg loop,” schreef u op een gegeven moment in uw boek, “hoe prettiger ik me voel. Misschien nader ik niet alleen Santiago, maar ook mezelf.”

“Onderweg kwam ik eigenlijk steeds één ding tegen: mezelf. Alles wat er in mijn leven gebeurd is, kwam bovendrijven, en op de een of andere manier voegden alle dingen zich onderweg ook weer samen. Die hele tocht is voor mij een miniatuur van mijn leven geworden. Met een moeilijk begin; gevolgd door een mengeling van positieve ervaringen en dwalingen en verwarring. En in de tweede helft de ervaring van een wonderlijke blijmoedigheid. Alsof je een blik wordt gegund op de loop van je leven – die je later weer op kunt roepen.”

En de aankomst?

“De eigenlijke reis begint gek genoeg pas in Santiago. Ik vond het van tevoren overdreven als ik mensen dat hoorde beweren. ‘Alles stort in,’ zeiden ze, ‘er gaat van alles veranderen.’ Zelfs twee jaar na mijn tocht had ik nog het idee dat alles bij het oude was gebleven. Maar geleidelijk zie je je leven veranderen, stukje bij beetje. En nu, zes jaar na de reis, kan ik niet anders zeggen dan dat mijn leven compleet is veranderd.”

Het bovenstaande is een sterk ingekorte proefversie van een interview met Hape Kerkeling in de zomereditie 2-2007 uit VA-Magazine / Vruchtbare Aarde. Lees hier de redactionele inleiding bij editie 2-2007. En hier alle links met betrekking tot Hape Kerkeling en de pelgrimage naar Santiago de Compostela.




Een advertentie van Google

Reisverhalen

Tuin
Keuken
Filmzaal
Salon
Atelier
Archief
Links


Home

Copyright: H. Smeele

Editie 3-2004


Filmmaakster Bady Minck reist met 15.000 ansichten door de Alpen



Editie 3-2006

Kennismaking
met de
lichtarchitectuur
van Andalusie.



Editie 3-2007

Themanummer mens & natuur



Editie 4-2000

Toscaans licht - een schoenendoos vol herinneringen, knipsels, kiekjes, vragen, ideeën en tv-beelden.


Bagageleed

Wie verhalen vol pijnlijk bagageleed wil horen, moet eens aankloppen bij pelgrimsherberg L'Esprit du Chemin: “De meeste pelgrims uit het noorden komen bij ons aanlopen met veel te grote rugzakken. We spreken wel eens, half voor de grap, over rugzakken vol onzekerheden. Veel van die spullen worden meegenomen voor het geval dat…” Het record in St. Jean-Pied-de-Port staat op naam staan van een jonge Amerikaanse die aan kwam zetten met 25 kilo. Hape Kerkeling had al moeite elf kilo de berg over te tillen. “De Amerikaanse stuurde een verhuisdoos vol spullen naar het thuisfront, waaronder een complete beautycase.” Het postkantoor van St. Jean-Pied-de-Port moet één van de meest winstgevende postkantoren in heel Frankrijk zijn. Meer verhalen, zie de links elders op deze website.

Copyright: H. Smeele

Op pelgrimspad

“Waarom gaan zoveel mensen naar Santiago de Compostela,” vraagt Ricky Rieter zich af in een schitterend boek over haar pelgrimservaringen. “Vraag het honderd pelgrims en je zult er niet wijzer van worden. Het mag vreemd klinken, maar de pelgrim zelf weet niet precies waarom hij gaat. Het waarom van het pelgrimeren blijft een groot mysterie. Telkens als ik er zelf woorden voor zoek, ontglipt me de diepste betekenis.”

Welkomstgeschenk?

Twee edities naar keuze als welkomstgeschenk?




Maak hier uw keuze 

Het Santiago nummer
2-2007
los bestellen?

Bestelpagina losse nummers


Meer reizen in:

Venetie als oerbeeld van de stad. En: Jan-Carel Diecken wandelt naar Santiago de Compostela. Weerzien met Ierland. Een Huis in Connemara, een speurtocht naar Iers oerbos en een hernieuwde kennismaking met de vroeg-Christelijke ronde torens. Chartres en het raadsel van het labyrint.
Beweeg de cursor over een beeld voor een impressie. Klik op een beeld voor een volledige inhoudsopgave.
Een advertentie van Google
Een advertentie van Google