Die Zweite Heimat

38,00

Vraag liefhebbers naar hun favoriete Heimat-reeks, dan zullen de meesten naar Reitz’ eerste serie films wijzen: Heimat 1. Maar de tweede reeks is minstens zo mooi. Die Zweite Heimat – Chronik Einer Jugend, alles bij elkaar dertien films, samen goed voor meer dan 25 uur: een magistrale kroniek over een groep studenten die hun geboorteplaats verlaat en in het München van de jaren ’60 hun tweede ‘Heimat’ vindt.

1 op voorraad

Beschrijving

Uitgebreide beschrijving (NL ondertiteld, 7 disks, 25 uur):

In elke film moeten een of twee minuten van pure filmkunst zitten, zei de Duitse filmmaker Edgar Reitz begin jaren 90 in een meeslepend, twee uur durend interview voor de Nederlandse televisie, afgenomen door Frank Wiering. ‘Minuten die je jezelf als filmmaker ook moet gunnen. Een scène die aan je hoogste eisen voldoet. Zelfs als niemand de poëzie in die beelden ziet.’

En als voorbeeld van een moment waarop hij zichzelf als filmmaker het meest uitgedaagd heeft, noemde hij een ziekenhuis scène uit Heimat 2 waarin een van de hoofdpersonages (Clarissa) in een ziekenhuisbed ligt. Eenzaam en alleen. Het is Kerstmis. In het bed naast Clarissa ligt een andere vrouw, omringd door haar man en kinderen. Ze pakt een boek op en begint te lezen.

In het interview dat Vruchtbare Aarde begin 2014 met Edgar Reitz had, zegt hij deze scène zelfs het beste te vinden wat hij ooit heeft gemaakt. ‘In deze scène leest Clarissa een boek van Robert Musil. En in dat boek komt ze zichzelf tegen. Want in het boek komt ook een Clarissa voor. En ze stuit op een passage waarin de symboliek van de kleuren blauw, van bruin, van zwart wordt beschreven. En terwijl de Clarissa in het ziekenhuisbed dat leest, vallen haar haren voor haar ogen en ze leest verder door haar haren heen. Dan stapt ze het bed uit en knipt haar haren af.

‘Vraag me niet waarom. Dat kan ik niet verklaren. Er zijn mooie dingen die men verklaren kan, maar wat men niet verklaren kan is nog mooier. Je zou ook kunnen zeggen: er is zoiets als een tweede intelligentie. Er is een intelligentie van de handen bijvoorbeeld. En als al de intelligentie van de acteurs, de intelligentie van de cameraman, het toeval van het licht en het geluk al die zaken in het moment op te merken, en te zeggen: ‘Nu moet het gebeuren’, dan gebeurt er iets dat zich nooit meer zo in het leven voor zal doen. Dingen die gelukkigerwijze een keer zo geweest zijn als ze geweest zijn.’

In het tv-interview met Frank Wiering zei Reitz nog: ‘Ik denk dat de filmkunst tot taak heeft ons langzaam en voorzichtig weer te leren zien. Een school voor de ogen. De wereld is normaliter idioot, zinloos en verhuld, maar in de kunst stelt ze zich weer open. Zo zou ik het willen zeggen.’

Gunde hij zijn kijkers in Heimat 1 een blik in de oude dorpswereld die velen nog uit hun jeugd kennen (het warme nest dat elk opgroeiend kind zich zou wensen; maar ook een broeinest van kortzichtigheid en kleinburgerlijkheid); aan het begin van Heimat 2 maakt de jonge Herman zich hieruit los. Hij neemt afscheid van de dorpssamenleving en beproeft zijn geluk in de grote stad München. Heimat 2 vertelt vervolgens het verhaal van het leven van Herman en zijn vrienden. En meekijkend over Hermans schouders maken ook wij ons los uit onze familiale omhulling, om onze eigen vrijheid te verkennen; zoals elk kind op zeker moment zijn eigen weg gaat, om op zijn beurt kinderen te krijgen, die zich op enig moment ook weer los zullen maken, om hun eigen weg in het leven te gaan.

In elke aflevering staat een andere persoon centraal. In aflevering vijf, bijvoorbeeld, is dat de studente Helga. Deze vijfde aflevering start met een wonderschone beschrijving van de lichtinval in München om half tien in de morgen. De film spreekt over een vroom licht dat door de mensen de huizen in lijkt te schijnen.

München om half tien ‘s ochtends, op een kerkelijke feestdag: ‘Het is zeker overdreven het daglicht in eens stad katholiek te noemen. En toch zijn de straten in de binnenstad van München op deze morgen in een vroom licht gehuld: een licht dat door de mensen en de huizen heen lijkt te schijnen. Alles is op Sacramentsdag breekbaarder, sterfelijker dan anders. Misschien komt het ook door de vele berkentwijgen waarmee trottoirs en vensterbanken versierd zijn. Het is koel en zacht, deze morgen, maar ook winderig, alsof er elk moment een storm op kan steken.’

Helga [de hoofdpersoon van deze aflevering] staat alleen op de lege straten en pleinen. Door windvlagen in de rug geduwd loopt ze verder, kijkend naar passerende nonnen en luisterend naar het monotone gezang van de gelovigen, die zich ergens verderop tot een processie geformeerd hebben.

Helga’s commentaar: ‘Dit is een van die dagen die een mens zich zo precies herinnert als had hij alles vastgelegd met een camera: het zachte licht, half tien ‘s ochtends, het spel van de wind met het windvaantje op de kerk, de gebeden van de vrouwen in de processie. Sacramentsdag 1962 in München is een dag die ik niet licht zal vergeten. Een warme ochtend, als was ik in Italië. In de ochtend leek het onweer al zo’n beetje in de lucht te zitten. In mezelf voelde ik een smachtend verlangen. Ik probeerde dat verlangen in gedichten en zinnen uit te drukken. Innerlijk schreef ik alles op. Ik nam alles waar wat ik om me heen zag. De geur van vroomheid en zonde, de berkentwijgen op de stoepen. Ik voelde me zelf een berk, wachtend op de grote storm.’

In ons eerste interview met Reitz luidt de vraag hoe dat lukt om met tientallen acteurs en technici en ook nog de figuranten zo’n gevoel van verstilling op te roepen in een stad. Zijn antwoord: ‘Het probleem is inderdaad dat je altijd weer moet beginnen met het leegmaken van de plek. Als we ‘s morgens op locatie aankomen met een filmteam, bestaat dat uit dertig, soms zelfs vijftig man, dan nog de acteurs, en daarboven op nog de figuranten, alles bij elkaar al gauw zo’n honderd tot honderdvijftig mensen. Absolute chaos. Niemand die enig idee heeft wat er moet gebeuren.

‘Grote vrachtwagens rijden aan met schijnwerpers en aggregaten voor de elektriciteit. Die wagens moeten ergens geparkeerd worden en staan natuurlijk net op de verkeerde plek. Op zo’n moment ben je alleen bezig met het creëren van vrije ruimte: zorgen dat mensen hun auto op een andere plek parkeren; andere mensen vragen uit beeld te gaan. Want zonder zo’n voor jezelf gecreëerde plek krijg je überhaupt niets voor elkaar. Alleen op zo’n afgegrensde plek is poëzie mogelijk –  is leven mogelijk.

‘Als ik me omdraai is de poëzie weg. Een film maak ik met gesloten ogen, de blik moet naar binnen. Anders weet ik überhaupt niet wat ik wil. Ik moet mijn ogen sluiten en me van binnen afvragen wat ik eigenlijk wil vertellen. Dat is de vraag die je jezelf te midden van alle tumult stelt. Stil wordt het nooit. Mensen maken lawaai; de apparatuur maakt lawaai. Maar het vreemde is dat alle lawaai weg is op het moment dat je de film terugziet. Dan is alleen de stilte over. Zelf ben ik altijd weer verbaasd als het gelukt is: dat wat ik heb proberen te vertellen ook werkelijk op het doek te zien is, ook al weet ik dat aan de rand van het doek de wereld gewoon verder gaat.’

Razend intrigerend zijn ook zijn uitspraken over het onderlopen van het San Marcoplein in Venetië. In het script voor Heimat 2 had hij een scène opgenomen waarin dit plein was ondergelopen, wetende dat dit absurd was. Filmopnames zijn schreeuwend duur. Een dag vergeefs wachten op het wassende water kost een vermogen. Het was dus waanzin om een scène te situeren op een ondergelopen stadsplein.

Reitz zelf zei er echter in zijn tv-gesprek met Frank Wiering dit over: ‘Er zijn regisseurs, vooral van documentaires, die daarin geloven. ‘Als de camera erheen gaat, gebeurt het.’ Dat geloof ik ook. Je ziet het bij Joris Ivens, en bij andere filmmakers. En ik schreef een overstroming in het draaiboek, een natuurfenomeen dat zich moeilijk laat inplannen, en op de opnamedag loopt het San Marcoplein onder water.

Je moet consequent proberen om met je werk in harmonie te leven met de natuur of met het wereldgebeuren. Op het moment dat je aan de slag gaat met een commerciële instelling, of met de wil om iets te bereiken, gebeurt het nooit. Maar als je werkt vanuit de instelling: ‘Alles wat gebeurt, is mogelijk en kan in de film komen, gebeurt dat wat er in het draaiboek staat, dat is het gekke. Ik ga naar Venetië om dit te filmen en het spreekt vanzelf dat het plein onder water loopt, nota bene op de dag dat het moest gebeuren. En ik draai de scène alsof het heel gewoon is.’

Edgar Reitz is een poëtische, in mijn ogen zelfs spirituele filmmaker. Maar ook een buitengewoon nuchtere man. Vertel hem niet dat hij spirituele films maakt, want met het woord spiritualiteit heeft hij niet op. ‘Er zijn zoveel geheimen in het leven dat we ervoor moeten waken er geheimen aan toe te voegen.’

KIJK-TIP: Het wordt aangeraden Die Zweite Heimat te zien (of te herzien) in combinatie met de tekst van de fantastische e-mailwisseling die een aantal Heimat-enthousiastelingen in 2003 en 2004 voerden. De afspraak was dat de liefhebbers van dat moment ieder voor zich om de twee weken een aflevering van Heimat zouden bekijken. De dag daarop ontspon zich een bijzonder levendige en vaak heel interessante discussie en uitwisseling van kijkervaringen. Elke aflevering werd boeiend ingeleid door dezelfde persoon, Ivan Mansley. Een zeer aan te bevelen document. Klik hier voor overzichtspagina met de volledige tekst van de e-mailwisseling.

NB Een tweede interview van Vruchtbare Aarde met Edgar Reitz vind u in de voorjaarseditie 1-2014. Ook het tijdschrift met het eerste interview uit 2006 is nog na te bestellen (klik hier voor nabestelling 4-2006). Of hier indien u dit nummer gratis wilt aanvragen als welkomstgeschenk bij een abonnement.

Extra informatie

Gewicht 1 g
Regisseur

Edgar Reitz

Jaar

2008

Taal gesproken

Duits

Ondertiteling

Nederlands

Filmduur

7 discs, 1532 minuten