Redactionele Inleiding VA-Magazine / Vruchtbare Aarde 4-2007

image
Home

Salon
Filmzaal
Keuken
Tuin
Reisverhalen
Archief
Links

Atelier


VA 4-2007

image

Editie 4-2007




Editie 2-2007

image

Pelgrimage naar Santiago de Compostela

Redactionele inleiding:

image

In editie 4-2007: Gezonde organismen en organisaties kenmerken zich door ritme en balans, aldus consultant Jaap Voigt die in dit nummer een vierluik opent over de beleving van winter, lente, zomer en herfst.

De Gelukkige Zwerm

Fascinerend dat grote groepen mieren, bijen en vogels zoveel efficiënter samenwerken dan mensen, en dat zonder leider. Bezoek aan kunstenaar Joost Minnigh die het mysterie van grote zwermen vogels in schilderijen probeert te vangen.

Beleving van de winter

Gezonde organismen en organisaties kenmerken zich door ritme en balans. Adviseur en trainer Jaap Voigt ervoer in zijn eigen leven hoe weldadig en natuurlijk het is om je het vanzelfsprekende ritme van de seizoenen als mens eigen te maken.

Fanny & Alexander

Opmerkelijk hoeveel spiritueler de nieuwe dvd-versie is dan de met een Oscar bekroonde bioscoopfilm. Met: lezersaanbieding.

Mailen met het EU- Parlement

Zeventig procent van de Nederlanders is van mening dat de overheid het milieu prioriteit dient te geven. Een mailwisseling met Johannes Blokland, fractieleider van de ChristenUnie in Brussel.

Fietsen in Thailand

Jaarlijks gaan zo’n 250 gezinnen voor langere tijd fietsend op stap met jonge kinderen in landen buiten Europa. Rob de Haan, Trees Bijvoet en hun drie kinderen van vier, zeven en tien deden dat in Thailand.

Anastasia in Den Haag

In Nederland bestaan vergevorderde plannen voor de inrichting van een Anastasia - proeftuin.

Vertrouwen

Er is een mooie uitspraak van de pianiste Hélène Grimaud. Daarin vertelt ze voor een concert genoeg te hebben aan een korte concentratiepauze en dat ze al heel lang niet meer inspeelt. "Menig ander heeft een piano in de solistenkamer nodig. Ik weet wat ik wil en ik heb geen instrument nodig om dat te controleren. Als ik begin te spelen, is alles er gewoon."

Die laatste zin is bijzonder vanwege het vertrouwen dat eruit spreekt. Vanwege de bezieling ook, die in de verte doet denken aan De Gelukkige Klas van Theo Thijssen. Gelukkig het kind die een dergelijk vertrouwen van zijn docenten meekrijgt. Grimaud moest dat vertrouwen in haar eigen leertijd overigens tegen de klippen op ontwikkelen, in een milieu waarin alles gericht was op controle en beheersing.

In een interview heeft Grimaud wel eens verteld over de bladmuziek waar het Parijse conservatorium mee werkt: de gedetailleerde vingerzettingen en pedaalinstructies die ze geacht werd te gebruiken: "Ik kon me daar niet in vinden. Ik verander mijn vingerzettingen overeenkomstig de vleugel waarop ik speel en mijn pedaalgebruik is afhankelijk van de zaalakoestiek. Die conservatoriumuitgaven waren bedoeld om moeilijkheden op te lossen, maar dat gebeurde op zo'n chirurgische en antiseptische manier dat ik het buitenproportioneel vond. Je schept op die manier alleen maar nieuwe problemen."

In een eerdere VA hebben we Grimauds verhouding tot de muziek wel eens vergeleken met de verhouding van een biologische wijnboer tot zijn druiven. Wat heeft het voor zin, zegt Grimaud, om naar een muziekuitvoering te gaan waar elke noot op zijn plaats zit, maar waarvan je hartslag niet omhoog gaat? Haar bereidheid om de controle prijs te geven en risico's te nemen, doet zo heel erg denken aan de wijze waarop een goede biologische teler gewend is alternatieven te zoeken voor de 'gemakzuchtige' controle van 'krachtige bestrijdingsmiddelen' en 'sulfiet'. Wie niet bereid is risico's te nemen, maakt een dode wijn, heet het in de biologische wijnbouw.

Voor Grimaud voelt het zo aan: "Ik voel meer van het leven wanneer ik niet steeds op safe hoef te spelen. Anders kun je de gespeelde muziek beter in een museum opbergen en laten verstoffen."

Het is een manier van leven, of eigenlijk een midden in de levensstroom staan, die consultant Jaap Voigt in het dagelijks leven tastbaar maakt voor de hogere kaders van politie, brandweer en gemeenten. De mens plaatst zich, betoogt Voigt met regelmaat, buiten de levensstroom op het moment dat hij zichzelf opvat als het beginpunt der dingen. De lezers van VA laat hij vanaf dit nummer in vier afleveringen kennismaken met de seizoenen, die we in zijn beleving niet alleen buiten onszelf waarnemen, maar ook feitelijk ondergaan.

Vergeet ook de column van H.C. Moolenburgh niet, die op aanstekelijke wijze uit de doeken doet hoe hij zich tijdens een wandeling laat inspireren door een groep van zeker vijftig wilde ganzen die in een karakteristieke V-vorm overvliegt. Grappig trouwens hoeveel dieren er in dit nummer voorkomen. De waakzame gans van Moolenburgh, de wakkere koolmees van Wolter Bos en de alerte spreeuwen van de Rotterdamse kunstenaar Joost Minnigh...

Het mooiste moment in het maken van een tijdschrift, ja, dat komt altijd aan het eind van de rit. De hele stroom van tekst en beeld is tot rust gekomen, alles ligt op tafel, de vormgevers zijn aan het werk. En daar zit je naar die prachtige verzameling beeld en tekst te kijken. Een beetje verbaasd over alle onvermoede verbanden.

Een ode aan het leven, dat is wat is deze winterse editie voor mij uitstraalt.

Bovenstaande is de redactionele inleiding tot editie 4/2007