Reis naar Toscane
Sinds mensenheugenis zijn spiralen, meanders en labyrinten symbolen geweest voor de verbinding tussen de menselijke en de goddelijke wereld. Dat geldt ook voor de holle wegen van Toscane, zegt Selma Sevenhuijsen elders in dit tijdschrift. In haar spirituele zoektocht rond het meer van Bolsena stootte ze op een duizenden jaren oud sacraal landschap vol heilige plekken. Overblijfselen van een labyrintische cultuur die nog overal in het landschap terug te vinden is en zelfs voelbaar is gebleven.
Met Selma’s reisverhaal pakken we de draad van Ariadne op uit 2003. Geen editie is zo vaak nabesteld als onze labyrinten-Special 4-2003, een nummer waarin we diep doken in het verschil tussen labyrint en doolhof.
Kent u het verschil? Zo niet, grijp dit jaar eens uw kans met een bezoek aan het oeroude doolhof van Ruurlo, of aan een van de hypermoderne maïsdoolhoven in binnen- en buitenland. Geliefd bij jong en oud, vanwege de verwarrende wirwar van paden en de uitdaging het juiste pad te vinden.
En maak vervolgens eens kennis met een heus labyrint. Het duizend jaar oude prachtexemplaar in de vloer van de kathedraal van Chartres zou een uitstekende keuze zijn (hoewel de kans groot is dat er stoelen op staan). Of volg Henk Coppens op het door hem geschilderde labyrint op de Noordermarkt. Of download het aquariuslabyrint van Bas van Woelderen.
Vergeleken met een doolhof is de gang door een labyrint op het eerste gezicht nogal saai. Een labyrint is een kronkelende weg zonder splitsingen – zonder enige keuzemogelijkheid. Er is geen enkele mogelijkheid te verdwalen. In dat opzicht zijn doolhof en labyrint elkaars tegenpolen: de opwinding en pret van een doolhof tegenover de verstilling die een labyrint oproept.
Het is alsof het gebrek aan keuze in een labyrint de levensweg symboliseert die we als mens doorlopen. Alsof de kronkelende weg naar het centrum wil zeggen dat alle fundamentele keuzes slechts schijn zijn. De kern (= het uiteindelijke doel) wordt pas gevonden als het moment daar is; de kern wordt gevonden als de weg gelopen is. En het einde van de zoektocht wordt niet bepaald door onze inspanningen als persoon – wat ook weer niet wil zeggen dat alle voorwerk nutteloos is.
Het voorwerk hoort erbij, ook al lijken we soms ‘in de modder’ weg te zakken (symbolisch weergegeven door de wendingen van het labyrint naar buiten toe). Even lijkt het erop dat we vlak bij het centrum zijn, maar dan voert het pad ons weer naar de buitenkant, en lijken we geen stap te zijn opgeschoten. Terwijl we in werkelijkheid gewoon doorlopen op onze weg. We kunnen ook eigenlijk niet anders dan doorlopen. Ook als we ogenschijnlijk terugvallen. En zelfs dat wordt perfect gesymboliseerd door het labyrint.
Intrigerend hoeveel overeenkomsten er zijn tussen de ontdekkingen van Selma Sevenhuijsen in Toscane en de levensweg van Hein Thijssen in Roermond. “De echte kern van de mens blijft roerloos,� zegt de 85-jarige Hein Thijssen, elders in dit nummer. “Een kracht, energie die echter tijdens het grootste deel van een mensenleven door het bewustzijn niet wordt opgemerkt.� Veel inspiratie toegewenst met deze voorjaarseditie. Bart Hommersen